Hallo, mijn naam is Marco van der Bij
Naar aanleiding van een discussie op de Catharinaparkieten Studie Groep Babyshow in 2009 besloot ik om uit te zoeken hoe het nu eigenlijk zit met de Grijsvleugelfactor i.s.m. de Ino factor. Tot dan toe zag je voornamelijk Grijsvleugel Ino (Turquoise) vogels met een zwarte “niet” scherpe tekening. In mijn opini waren dat de dubbelfactorige (of enkelfactorige poppen, maar die zien er ook uit als dubbelfactorig). Ook zie je bij de EF factorige Grijsvleugel mannen in de Groen en Turquoise serie, mannen met een lichte, en mannen met een donkere tekening, ik vermoed dat ook dat te maken heeft met de Ino factor! De mannen met de lichte tekening zijn naar mijn mening namelijk allemaal split voor Ino, maar dat is iets wat ik nog niet heb kunnen bewijzen. Ik heb alleen maar Grijsvleugel mannen met een “lichtere” tekening, en die geven allemaal ook Ino / en Turquoise jongen. Dat gedeelte klopt dus, maar ik heb geen mannen met een donkere tekening, dus daarvan kan ik niet bewijzen dat die niet split zijn voor Ino. (misschien ligt hier een taak voor een ander lid van de studie groep)
Begin december 2009 heb ik een Lutino man en een Grijsvleugel pop aan elkaar gekoppeld, de snelste manier om EF Grijsvleugel mannen met een Ino factor te kweken. Misschien niet direct de mooiste en grootste van formaat, en waarschijnlijk niet geschikt voor tentoonstellingen, maar we zijn een studiegroep nietwaar? Op 5 januari lag er het eerste ei. In totaal worden er vijf bezette eitjes gelegd. Op 29 januari is het eerste ei uitgekomen. Er komen later nog drie jongen uit, maar het oude koppel voert niet goed. Drie jongen gaan al snel dood, en de vierde die ik nog wel heb overgelegd kort daarna ook.
Eind februari begint de pop wederom eieren te leggen. Weer zijn alle vijf de eitjes bezet. Op 22 maart liggen er vier jongen van drie dagen oud. Als de dag erop weer 1 jong het niet heeft gered besluit ik om de jongen over te leggen onder een koppel dat al eerder jongen heeft grootgebracht.. Begin april merk ik dat 1 van de jongen spreidpoten heeft, maar omdat het om een test gaat besluit ik om hem toch te laten liggen. Te vergeefs, want hij word door de ouders later toch uit het nest gegooid. Als bij de eerste twee jongen de eerste pennen doorkomen, lijkt het er in eerste instantie op dat de pennen spierwit zijn. Waar je bij een Turquoise Ino altijd een gele gloed in de veerschacht ziet valt het ook op dat dat bij deze vogels volledig wit is (en dat is nog steeds zo)! De ouders waren dus blijkbaar ook allebei split voor Turquoise. Naarmate de vogels groeien zie ik dat de hele tekening (dus ook streepjes in de nek, stippen in de broek, enz, enz) er best goed op zit.
Ik maak zelf eerst een paar foto’s, maar besluit om Henk van der Meer te vragen om een paar echte goede foto’s te komen maken. Op de foto’s hier onder zie je de twee broertjes, ze zijn nog niet helemaal zelfstandig, maar dat kan nooit lang duren.
De warme gloed van een Turquoise Ino hebben ze niet, het is net of er een soort waas over de vogel zit. Blijkbaar doet de Ino factor in samenwerking met de Grijsvleugel factor ook nog iets wat we niet begrijpen, en ik denk dat dat ook het geval is met sommige van onze Grijsvleugelmannen die split zijn voor Ino. (je ziet altijd dat ze anders zijn van kleur, en ook van tekening!), maar zoals eerder genoemd, dat heb ik nog niet kunnen bewijzen. Wel is nu duidelijk, dat het wel degelijk mogelijk is om een Ino Turquoise vogel te kweken met een goede tekening.
Voor volgend jaar ben ik op zoek naar twee bewezen Lutino (tegenwoordig Ino) poppen voor deze twee mannen. Mocht er iemand in het bezit zijn van deze vogels en ze kwijt willen (uiteraard tegen betaling), dan wil ik dat graag weten. Ik wil namelijk nog een generatie verder kweken, puur om te kijken of het dan inderdaad mogelijk is om de enkelfactorige Grijsvleugel Ino’s en de dubbelfactorige Grijsvleugel Ino’s uit elkaar te houden.
Met vriendelijke groet,
Marco van der Bij
(Foto’s – Henk van der Meer a.k.a. Broto)